In een ver verleden had de pastorie als één van de eerste huizen in het dorp telefoon. Zo was de dominee te bereiken wanneer er een noodgeval was. Een ernstig zieke. Een naderend sterven. Een belletjes is praktischer dan eerst naar de pastorie lopen en op de deur bonzen. De laatste jaren gaat de telefoon niet meer zo vaak in de pastorie. Niet alleen omdat bij velen de noodzaak van de aanwezigheid van de predikant verdwenen is. Het komt vooral doordat er andere middelen zijn. Een WhatsAppberichtje bijvoorbeeld.
Een uitzondering is 2 januari. Ieder jaar opnieuw rinkelt de telefoon van ’s morgens heel vroeg tot rond het middaguur. Het zijn geen gemeenteleden die de predikant een gezegend nieuwjaar willen wensen. Het zijn preekvoorzieners die met uiterste krachtsinspanningen het preekrooster van het volgende jaar vol proberen te krijgen.
Omdat predikanten steeds eerder zeggen vol te zitten, is de nood steeds hoger om vroeger te bellen. Soms al voor half acht ’s morgens. Daarnaast wordt er geprobeerd om tussen kerst en oud & nieuw en ook al voor kerst afspraken te maken. Afspraken voor over ruim een jaar en soms zelfs over bijna twee jaar. Hoort hier een ‘wee u’ te klinken? Wee u, gij predikanten. Wee u, gij preekvoorzieners. Weet u hoe morgen uw dag zijn zal?
De stekker er uit
Voor het tweede jaar op rij trek ik op de avond van nieuwjaarsdag de stekker uit de telefoon van de vaste lijn. Waarom? Omdat ik op 2 januari wat later mijn ogen open wil doen. Het is druk genoeg geweest. Eerst me klaarmaken en ontbijten. Pas daarna ben ik beschikbaar voor preekvoorzieners. Al moet ik dit wel iets nuanceren.
Ja, ik moet opbiechten dat ook ik al voor het nieuwe jaar afspraken maken. Soms al voor kerst. Wel met dit onderscheid, dat het alleen gebeurt met gemeenten uit de nabije omgeving. Daar zit een reden achter. Wanneer er een preekvoorziener belt van verder weg, dan vind ik het lastig om nee te zeggen. Tegelijk vind ik het meer dan jammer om zowel tegen naburige gemeenten te moeten zeggen dat ik vol zit, als ook daar niet te komen. Hierom ben ik begonnen om preekvoorzieners van naburige gemeenten op de eerste rang te laten plaatsnemen. Feitelijk tegen het principe in om alles niet te vroeg vast te leggen.
Rechtvaardiging
Het handelen tegen mijn principe in rechtvaardig ik doordat ik zondags om de hoek mag voorgaan en dat het aantal telefoontjes op 2 januari aanzienlijk minder is. Daarnaast vul ik al langere tijd niet elke zondag meer in. De zogenaamde vrije zondagen houd ik veelal vrij. Dit om zelf enige ruimte in de agenda te houden en ook om gemeenten te helpen die op korte termijn een predikant nodig hebben. Het bevestigt mij in de gedachte dat vroegtijdig afspreken niet noodzakelijk is.
Zo heb ik dit aan het einde van het jaar tweemaal ervaren. Op woensdag 20 december had ik mij beschikbaar gesteld voor zondagmorgen 25 december. Dit kan via de preekbeurtenzoeker van de Protestantse Kerk in Nederland. De dag voor kerst kwam ’s morgens het definitieve telefoontje of ik de dienst op kerstmorgen kon leiden vanwege ziekte van de predikant. Voor oudejaarsdag hetzelfde. Een collega predikant wist dat ik vrij was. Zo werd ik 29 december gebeld met de vraag om elders voor te gaan vanwege ziekte in een predikantsgezin.
Op het laatste ogenblik
Het is mij het afgelopen jaar vaker overkomen dat ik gebeld werd om op korte termijn in te springen. Eerder ook vanwege ziekte, maar bijvoorbeeld ook vanwege een dubbele boeking van een predikant. Ik ervaar het als iets moois en dankbaars wanneer ik een collega kan vervangen die door welke oorzaak dan ook niet kan voorgaan. Het is voor mij één van de redenen om het preekrooster niet helemaal vol te plannen, maar gaten over te laten voor dergelijke situaties. Het houdt ook iets verrassends. Er van uitgaan zondag in de eigen gemeente in de kerkbank aan te schuiven en dan toch ineens elders mogen voorgaan. Op dergelijke momenten mag een preekvoorziener die op het laatste ogenblik aan de slag moet, gerust een zucht van verlichting slaken, wanneer het gelukt is. Om nood daadwerkelijk nood te laten zijn, stel ik me daarom niet veel eerder beschikbaar dan halverwege de week voor de betreffende zondag.
Er is nog een reden waarom ik het rooster niet volledig invul. Het geeft ruimte. Zo hoef ik op 2 januari niet in de familieapp te zetten wanneer het familieweekend is van volgend jaar. Ook is er ruimte om in de eigen kerkbanken te zitten of ‘spontaan’ een weekend anders in te vullen dan thuis te zijn en elders voor te gaan in erediensten.
De invulling van het preekrooster is geen noodgeval
Ondanks deze rechtvaardiging blijft het knagen. Waarom al die stress vanaf kerst tot 2 januari? Waarom al zo vroeg bezig terwijl de ervaring is dat het ‘altijd’ wel goed komt. Wanneer een predikant vertrekt door het aannemen van een beroep, dan lukt het de preekvoorziener ook om de lege plekken in het rooster weer op te vullen. Wanneer er ziekte is of andere redenen waardoor de predikant niet voor kan gaan, dan lukt het in de meeste gevallen ook om een vervanger te vinden. Waarom zou ik als predikant en zouden preekvoorzieners dan al zo vroeg afspraken willen maken. Waar is het Deo volente gebleven? Het vertrouwen dat God voorziet.
Voor een noodgeval mag ik dag en nacht gebeld worden. Voor acht uur bellen om een preekbeurt af te spreken voor een volgend jaar gaat nergens over. Er is geen enkele reden om de predikant uit bed te bellen en naar zijn agenda te laten zoeken. Maar er is ook geen enkele reden om al zo vroeg te beginnen met het invullen van het preekrooster. Het is geen noodgeval!
Een collega heeft preekvoorzieners gevraagd in maart terug te bellen. Een mooi initiatief, maar één zwaluw maakt nog geen zomer. Persoonlijk zou ik liever naar 1 mei of 1 juni willen. Of mij dit lukt weet ik niet. Dan moet ik op 2 januari de stekker de hele dag er uit laten en mogelijk ook tussen kerst en oud & nieuw. Of ik moet heel vriendelijk de preekvoorzieners te woord staan om indien nodig later terug te bellen. Ik vrees alleen dat ik uitzonderingen zal maken voor vorige gemeentes en voor gemeentes waar ik een band mee heb. Van die laatste zijn er nog al wat, Vooral in de omgeving. Ik heb nog een klein jaar om mij te bezinnen. Wil ik met een schone lei beginnen en de daad bij het woord voegen of voeg ik mij in bestaande structuren. Maar dan ook de stekker er in laten en niet klagen over het tijdstip van de ochtend. De tijd zal het leren.
Goedemiddag dominee, allereerst dank voor het delen van uw artikel inzake preekbeurten. voor mijn eigen begrip en zoals het in de communicatie wordt genoemd zijn het Preekbeurtenregelaars. Met veel aandacht heb ik uw artikel gelezen, bij sommige aandachtspunten kan ik zeker met u meegaan. doch het ligt wel iets genuanceerder, we hebben nu eenmaal een afspraak gemaakt dat we elkaar mogen bellen op 2 of 3 januari. bij oud-predikanten mag dat vaak al wel tussen kerst en oud en nieuw, dat schrijft u ook. mijn ervaring in de achterliggende tijd is dat er steeds vroeger gebeld gaat worden. gelukkig zijn er predikanten die vast houden aan 2 januari al moet ik helaas constateren dat er predikanten zijn die aangeven “vol te zitten” op mijn vraag hoe dit kan? als antwoord gekregen dat ze gezwicht zijn, jammer voor die broeder die in zijn bescheidenheid wachtte tot 2 januari. Helaas heb ik ook ervaring met het feit dat de eigen predikant een beroep naar elders aanneemt en 50 beurten teruggeeft. het is dan zeker geen sinecure om het jaar dan ingevuld te krijgen. door het jaar heen ligt de oplossing ook niet bij Preekbeurtenzoeker van de PKN, het gaat niet altijd om het “poppetje” op de kansel, ook is er voor de vakantie periode meestal geen vervanger te vinden. meestal begin ik met de maanden juli en augustus wat over het algemeen niet echt lukt. Uw suggestie om naar een andere maand te gaan kan ik me wel in vinden. (van de september predikanten) is bijna niets meer over. ds. van Heijningen uit Alblasserdam heeft enige tijd terug een stukje in de WHVriend geschreven met ongeveer dezelfde strekking, met hem heb ik op 3 januari gesproken (ook een beurt kunnen afspreken). de vraag is hoe kunnen we er als predikant/ proponent/ preekbeurtenregelaar eerlijker mee om gaan?
Nu zijn het mondelinge regels, gegroeid uit het verleden, goede afspraken breed gedragen in onze gezindte zou zeker een verbetering zijn. wat mij ook opvalt is dat er zoveel vacante gemeenten zijn, de “spoeling” wordt hierdoor dun. Er zijn veel factoren die een rol spelen in het steeds vroeger gaan bellen. we zouden allemaal wel in de buurt willen blijven, niet alleen vanwege de kosten maar om ook af te zijn van lange zondagse reizen. (vorige gemeente uitgezonderd). wat ik vaak zeg is: als ik een passer met het puntje in Ridderkerk zet en een redelijke km stand intik er voor Flakkee niet veel overblijft.
beste dominee, het doet me plezier dit met u te mogen delen. Nog als laatste opmerking dit: het is goed om in het artikel te lezen dat u ook de hand in eigen boezem moet steken. In het kleine stukje in de kolom onder Zogezegd in het RD, komt dit zeker niet te voorschijn, dat vind ik persoonlijk jammer. Voor nu laat ik het hierbij, wellicht dat we een keer contact hebben over het invullen van een preekbeurt in Sommelsdijk. Een broederlijke groet en Gods zegen op uw werk! C. Struijk / ouderling – preekbeurtenregelaar.