Vele woorden zijn al gewijd aan het coronavirus. Hoe er mee om te gaan? Hoe het te duiden? Nieuwe woorden zijn aan de Nederlandse vocabulaire toegevoegd, zoals anderhalvemetersamenleving en coronacrisis. Discussies laaien op over de waarde van de mens en die van de economie. Voorzichtig wordt er gesproken over de tijd na het coronatijdperk.

Op theologisch gebied klinken woorden als ‘straf van God’, ‘gevolg van de zondeval’, ‘gevolg van menselijk handelen’, ‘niet duiden, maar klagen’, ‘oproep tot bekering’. Het laatste deed mij denken aan woorden die in bepaalde kringen boven een rouwkaart gezet worden. “De Heere heilige deze roepstem aan ons aller hart”. Dit bracht mij ertoe om op een andere manier naar de huidige tijd te kijken. We komen als Nederlandse samenleving uit een glorieuze tijd. Misschien wel een soort gouden eeuw. Alles was mogelijk en bereikbaar. Je kunt wat je wilt. De mogelijkheden zijn onbegrensd. Maar ineens is alles niet meer mogelijk en bereikbaar. Niet alles wat je wil kan. Er worden grenzen gesteld.

Dit doet wat met de mens. Terwijl de mens zich machtig waande en het leven onder controle had, maakt een onzichtbaar virus aan alle illusies een eind. De machtige mens wordt machteloos en dreigt de controle te verliezen. Het leven is niet meer als hiervoor en de vraag is of het wel weer wordt zoals het was. Dit brengt allerlei gedachten en gevoelens los bij de mens en ik meen dat het goed is wanneer we ten volle beseffen dat we als samenleving een rouwproces doorgaan. Dit proces wil ik hieronder beschrijven en verder uitwerken.

Het rouwproces wordt veelal opgedeeld in verschillende fases. Hierbij geldt dat niet iedereen altijd elke fase doorlopen moet hebben en ook dat niet elke fase even lang duurt. Elisabeth Kübler-Ross spreekt over 5 fases. Maar door anderen wordt ook uitgegaan van vier of zes fases. De indeling die zij hanteert is als volgt:

  • Ontkenning
  • Woede
  • Marchanderen
  • Verdriet en depressie
  • Aanvaarding

Ontkenning

In het licht van het coronavirus is de eerste fase uitermate herkenbaar. In het begin vooral door de ontkenning dat het een groot probleem is of zal worden. Het niet onder ogen willen en kunnen zien, dat ook de Nederlandse samenleving hevig ontwricht zal raken, zoals gebeurt is in Wuhan en in Lombardije.

Ontkenning kwamen en komen we ook volop tegen bij mensen die niet onder de indruk zijn van het coronavirus. Maatregelen vinden zij maar overbodig. Elkaar ontmoeten en begroeten, waarom zou je dat beboetten?

Deze fase herken ik geheel bij mezelf. Alle informatie kwam niet binnen. Kon ik het niet aan? Het idee dat het allemaal wel mee zou vallen en dat alle maatregelen maar overbodig waren, was sterk. Langzaam, heel langzaam drong het door. Regelmatig heb ik gezegd, dat ik de #frontberichten heel hard nodig heb om de impact van het virus te beseffen. Inmiddels is het bij mij ten volle doorgedrongen. Maar het is gerust mogelijk dat anderen in deze fase blijven hangen en de ernst van het coronavirus blijven ontkennen.

Op kerkelijk gebied zien we het ontkennen terug in het door laten gaan van kerkdiensten. Wel of niet met de gedachte dat God zal beschermen tegen de verderfelijke pest. Ook zien we het in de duiding van het coronavirus als een straf van God vanwege zondige gedragingen. Dan leeft het idee dat alleen anderen geraakt zullen worden. Bij de aidsepidemie kon men zich hier nog achter verschuilen. Maar dat het coronavirus iedereen kan raken, zal door geen enkele gelovige meer ontkent mogen worden. Deze fase zal heel kerkelijk Nederland gepasseerd moeten zijn.

Woede

Een tweede fase in het rouwproces is die van de woede. Woede steekt in het licht van het rouwproces de kop op wanneer zelf of een geliefde besmet is geraakt met het coronavirus of dat de angst leeft, dat dit gebeurt. In het begin van de coronacrisis is de woede duidelijk aanwezig bij hen bij wie de ernst van het hele gebeuren doorgedrongen was. Woede dat dit kon gebeuren in Wuhan. Of het nu met een markt of een laboratorium te maken had of met allebei. Woede dat de overheid en het RIVM niet eerder maatregelen getroffen hebben, maar het op z’n beloop lieten. Woede dat evenementen, bijeenkomsten en kerkdiensten doorgingen. Woedend op hen die op dat moment niet doordrongen waren van de ernst van de situatie.

Deze woede is zichtbaar geworden richting hen die door zijn gegaan met het houden van kerkdiensten, maar was er ook andersom. Woedend op hen die terechtwezen. Want was het kerkgebouw niet vele malen groter dan de plaatselijke supermarkt en ze mochten er toch met 30 mensen in.

Persoonlijk hoorde ik niet bij de koplopers in het onderkennen van de situatie. De woede begreep ik eerst ook niet en vond ik maar overdreven. Mede omdat ik de angst niet kende en niet de ervaring had van besmetting door geliefden. Toen de ernst van het coronavirus bij mij doordrong werd de geuite woede begrijpelijker. Vanaf toen kende ik de woede richting hen die zich niets van de maatregelen aantrokken. Hoe haal je het in je stomme kop om in deze situatie door te gaan met ………… Vult u maar in.

De woede is een fase in het rouwproces. Een fase die niet in stand gehouden moet worden. De pijn die onder de woede ligt zal wel benoemd behoren te worden. De pijn van hen die direct te maken hebben met de gevolgen van het coronavirus. Doordat ze zelf besmet zijn geraakt en ernstige gevolgen er van ondervinden of doordat ze werkend op een ic-afdeling met eigen ogen gezien hebben wat het virus kan aanrichten. Dood en verderf. Deze pijn moet niet verdrongen worden, maar uitgesproken worden. Iets dat in ieder geval door de #frontberichten kan gebeuren.

Marchanderen

Achter het marchanderen ligt de machteloosheid om de zaken weer te herstellen naar de oude situatie of de situatie naar de hand te zetten. Dit maakt dat mensen bewust of onbewust, rationeel of irrationeel gaan polderen. Als ik me houd aan de anderhalvemetersamenleving, dan mag ik toch wel bij mijn moeder op bezoek in het verzorgingstehuis. Wanneer ik meerdere keren per dag 20 seconden lang mijn handen was, dan kunnen de kleinkinderen toch wel op bezoek komen. In deze fase is de ernst van de situatie helder, maar de alles veranderende doorwerking van het gebeuren niet. In deze situatie wil de rouwende mens onderhandelen, want erkennen en accepteren is nog lang niet aan de orde. Zover is de weg van het rouwproces nog niet bewandeld.

In eerder genoemde voorbeelden zien we vormen van marchanderen. We komen het ook tegen bij hen die onder het mom van de economie scholen en bedrijven weer willen openen. Er wordt onderhandelt en in veel gevallen zijn de ouderen en de zwakkeren in de samenleving het wisselgeld. “Wanneer wij hen isoleren, dan kan de rest van de samenleving toch wel weer gewoon opgestart worden”. De ontkenningsfase en de woede is voorbij en er wordt geprobeerd weer grip op alles te krijgen, voordat de grip op het eigen leven wordt kwijtgeraakt. Het marchanderen is hiermee een vorm van zelfbehoud. De angst om op de een af andere manier er aan onder door te gaan. Zo wordt van alles gewogen om het gewaardeerde leven dat er was weer voort gang te laten vinden.

Binnen de kerk zal er voor deze fase opgepast moeten worden. Het marchanderen ligt voor de hand. Natuurlijk met de al eerder genoemde mogelijk om met 30 mensen in een kerk aanwezig te zijn, maar ook op andere terreinen. We zijn vaak erg creatief om allerlei zaken te bedenken, zodat het oude leven toch op de een of andere manier doorgang kan vinden. We willen vasthouden aan wat was en niet aanvaarden dat de tijden veranderd zijn. Het is allemaal heel begrijpelijk. Gewoon willen doen wat we gewoon waren. Dat past ons het beste. Dan staan we aan de lopende band van het kerkelijk leven en weten we precies wat er gebeurt en wat er van ons verwacht wordt. Dus wanneer we de kerkelijke lopende band in gang kunnen houden, dan is het goed en dan kan later alles weer precies verlopen zoals we in de kerk gewend waren.

Ik herken dit alles in de talloze discussies over online avondmaal vieren en online dopen. Creatieve geesten die wegen zoeken om het bij het oude te houden in een iets andere situatie. Als de predikant de doopformule laat klinken, dan kan toch een ouder dopen. Wanneer de predikant de instellingswoorden uitspreekt dan kan toch thuis brood en wijn gedeeld worden. Maar al met al is het marchanderen en een onderdeel van het rouwproces. Er zal een bewustwording op gang moeten komen, dat men oude wijn in oude zakken doet en nieuwe wijn in nieuwe zakken. De tijden zijn veranderd. Maar dit moet wel eerst binnenkomen.

Verdriet en depressie

Bij het rouwproces komt er een keer een moment waarop de realiteit doordringt. Het is het besef na de dood van een geliefde dat het niet meer wordt, zoals het was. Het komt niet meer goed. Het is over en voorbij. De dood heeft voorgoed een verandering gebracht in het leven. Dit proces zal de samenleving ook doormaken wanneer het gaat over het coronavirus. Heerst er eerst nog een gevoel alles naar de hand te kunnen zetten in deze fase is dat gevoel compleet verdwenen. De zinloosheid en de machteloosheid overheersen en de moed zakt in de schoenen. Somberheid overheerst. Zo las ik woorden van een predikant die somber opmerkte dat met kerst de kerken niet vol zullen zitten.

Als vanzelf zullen dergelijke sombere berichten in de media komen. Politici, influencers, multinationals, ondernemers, artiesten, sporters die het verdriet uitspreken en geen hoop meer zien. Het is donker en de tunnel is lang. “Komen we ooit nog van het coronavirus af?” “Kunnen we ooit nog mensen een hand geven, laat staan een knuffel? Wanneer zijn er weer kerkdiensten te bezoeken en wanneer mag er dan weer gezongen worden?”

In deze fase komt het definitieve van de situatie in volle werkelijkheid binnen. Een harde klap, wanneer je vermoedt dat het zingen van het Ere zij God er met kerst niet in zit. Verdriet, sombere gedachten en een depressie liggen op de loer. Persoonlijk, maar ook als samenleving. Een mens en een samenleving die in deze fase van het rouwproces verkeert, is moeilijk te bereiken. Staat voor niets anders open dan sombere toekomstbeelden. In een persoonlijke situatie is er zijn het enige wat mogelijk is.

Wat betekent dit voor een samenleving? Als samenleving zullen we bewust moeten zijn, dat deze gevoelens heersen en heel vanzelfsprekend zijn. We zullen er voor moeten waken dat dergelijke gevoelens en gedachten verdrongen worden. Voor een samenleving betekent het dat het verdriet en de somberheid uitgesproken mag worden. Niet gelijk afkappen. Laat mensen en heel de samenleving deze fase door mogen gaan. Het is de weg die in een rouwproces afgelegd moet worden. Het is de weg naar de aanvaarding.

Aanvaarding

Aanvaarden dat de Nederlandse samenleving sinds half maart niet meer gelijk is als daarvoor. Aanvaarden dat heel de wereld veranderd is en dat zaken niet meer gaan zoals we ze gewoon waren. Dat een anderhalvemetersamenleving van deze tijd is. Dat dit grote consequenties heeft voor evenementen zoals concerten, festivals, sportwedstrijden en kerkdiensten. Aanvaarden betekent loslaten van wat was en het nieuwe normaal omarmen. Al blijft het voelen als abnormaal. Want aanvaarden en loslaten is wat anders dan vergeten hoe het was. Een nieuwe normaal tot er hopelijk een medicijn is en de mogelijkheid tot vaccinatie.

Voortgaand proces

Met de bovenstaande opmerking realiseer ik me dat ik de nieuwe situatie niet aanvaard heb. In deze fase ben ik niet beland. Ik houd en wil teveel vasthouden aan mijn oude leven. Ik vraag me zelfs af of ik de fase hiervoor al in ben gegaan. Veel meer ontdek ik bij mij zelf het marchanderen. Want als er een medicijn is en mensen er tegen gevaccineerd kunnen worden, dan is het toch klaar en dan gaan we toch gewoon verder zoals we in 2019 gewend waren. Ik hoop van harte dat er een moment komt waarop we als samenleving opgelucht en met vreugde in het hart kunnen zeggen: “Dit is zo 2019”. Ik verlang er naar. Een normale samenleving waarin mensen op gepaste afstand dicht bij elkaar leven en gevaar van besmetten of besmet worden geweken is.

Ik weet niet of die tijd komt. Als het lukt om binnen een korte periode met medicijnen mensen die besmet zijn te genezen en door vaccinatie te voorkomen dat mensen ziek raken, dan lijkt deze periode tijdelijk te zijn. Dan hebben we ‘slechts’ het verlies te verwerken van geliefden die gestorven zijn door het coronavirus, van bedrijven die omgevallen zijn en van een tijd waarin we niet bij elkaar over de vloer kwamen. Dan rest het de samenleving slechts om dit te aanvaarden. Voor talloze mensen zal het persoonlijk moeilijk zijn om tot aanvaarding te komen, maar als samenleving zal deze stap niet zo groot zijn.

Maar wanneer de mogelijkheid van medicatie en vaccinatie langdurig uitblijven, dan zal er een nieuw goed moeten komen. Dan zal in de kerk nagedacht moeten worden over de invulling van kerk zijn in 2021 en verder. Voor kerkdiensten lijken online diensten een goed alternatief. Tegelijk is dit het doorgaan op oude voet. Ik wil dan ook geen alternatieven bieden. Zover ben ik niet en ik laat me graag leiden door hen die al wel zover zijn. Bovenal wil ik me laten leiden door de Geest van God. Want Hij die hemel en aarde geschapen heeft, blijft dezelfde tot in alle eeuwigheid. God verandert niet en is en blijft betrokken bij deze wereld en in het bijzonder bij de kerk op aarde. Voor een kerk die niet weet hoe het verder moet, maar wel door heeft dat het niet bij het oude kan blijven, is het gebed tot Hem en om leiding door de Heilige Geest het enige wat rest. Het brengt de gedachten bij de volgelingen van Jezus die na de hemelvaart van Heere Jezus eensgezind bijeen waren in bidden en smeken. De Heere God vulde hen met Pinksteren met de Heilige Geest en gaf en de mogelijkheden om het Evangelie van Jezus Christus te delen met allerlei mensen en in allerlei talen. In dit vertrouwen wil ik leven. Dat God ook nu door Zijn Geest geeft wat nodig is om het Evangelie van Zijn Zoon te delen. Zo mogen we te midden van een rouwproces de Heere dienen met blijdschap.