Het lichaam van Christus

In de meeste kerkelijke gemeenten start deze maand het winterwerk. Dat wil zeggen dat alle kerkelijke activiteiten weer uit de zomerslaap ontwaken en ten uitvoer gebracht worden. Nu kunnen we dit uit gewoonte doen. Zo gaat het nu eenmaal in de kerk. We kunnen ook een moment nemen om na te denken waarom we de gemeenteleden weer mobiliseren om aan allerlei activiteiten mee te doen. Graag wil ik u hiervoor een handreiking doen. De basis van deze handreiking is de zienswijze dat de gemeente het lichaam van Christus is. Het is een manier om naar de gemeente te kijken die gebaseerd is op 1 Korinthe 12. In deze brief schrijft de apostel Paulus: “Samen bent u namelijk het lichaam van Christus, en ieder afzonderlijk zijn leden“.

https://encrypted-tbn3.gstatic.com/images?q=tbn:ANd9GcTfJf7qtKBY9D--j0yvg9LvMOwrDVvDegml-1b66U5iQ-UfOcTz

In het spoor van Jozef van Arimathea

Wanneer ik aan het lichaam van Christus denk, dan denk ik aan de geselingen die Hij doorstaan heeft en vooral aan Zijn kruisiging. Voor Paulus is dit het allerbelangrijkste dat er bestaat. Met heel mijn hart wil ook ik belijden wat hij in het tweede hoofdstuk van dezelfde brief schrijft. “Want ik had mij voorgenomen niets anders onder u te weten dan Jezus Christus en die gekruisigd”.

Dit vers zorgt ervoor dat de gekruisigde Christus mij voor ogen wordt geschilderd. Met de ogen van mijn hart kijk ik naar Hem die aan het kruis hangt. Aan het kruis lijdt. Aan het kruis sterft. Een lijden dat vooral geestelijk was. Onder andere is dit merkbaar geworden in de door Jezus aan het kruis gesproken woorden: “Mijn Vader, Mijn Vader, waarom hebt U Mij verlaten?” Maar het lijden droeg Hij ook aan Zijn lichaam. Dit is het lichaam van Christus. Gods Zoon die vlees geworden is en de gestalte van een mens heeft aangenomen en geleden heeft in mijn plaats.  Zo mag ik dit geloven.

Het maakt dat ik met gelovige ogen naar de gekruisigde Christus kijk. Het maakt ook dat ik me afvraag wat ik voor Christus gedaan heb. Wat ik nu voor Hem doe. Wat ik voor Hem behoor te doen. Het zijn vragen die ik stel terwijl ik Zijn kapot geslagen rug bemerk. Terwijl ik de spijkers in Zijn handen en voeten zie. Terwijl ik de wond opmerk in Zijn zij die ontstaan is door een stoot van een speer.

Terwijl ik alles zie en mij afvraag wat ik voor Jezus kan doen, verschijnen er twee mannen die het gestorven lichaam van Jezus van het kruis halen. Jozef van Arimathea heeft zuiver fijn linnen bij zich. Nicodemus heeft mirre en aloë. Gewikkeld in doeken leggen ze het lichaam van Christus in een nieuw graf. Ik sla dit alles gade en vraag me vervolgens af of ik kan doen wat deze twee mannen gedaan hebben. Kan ik het lichaam van Christus verzorgen?

Deze vraag lijk ik ontkennend te moeten beantwoorden, maar de woorden van Paulus maken dat ik een positief antwoord kan geven. Ja, ik kan het lichaam van Christus verzorgen. Ik kan namelijk zorg geven aan de gemeente van Christus die het lichaam van Christus is. Zo kan ik uit dankbaarheid iets doen voor Hem die zoveel voor mij gedaan heeft.

 

Het lichaam van Christus verzorgenhttps://encrypted-tbn2.gstatic.com/images?q=tbn:ANd9GcSW92kkXmAhtg2L4epr_vkDU3OmxMXgBimbqZlhA5Em3r6noWPJ

Zorg geven aan het lichaam van Christus is als eerste zorg geven aan de gekwetste delen van het lichaam van Christus. Dat wil zeggen zorg geven aan de vervolgde broeders en zusters. Deze leden van het lichaam van Christus hebben het zwaar te verduren. Evenals het lichaam van Christus worden zij gemarteld, gegeseld en gedood. Deze leden van het lichaam van Christus moeten geholpen worden. Ondersteund worden. Waar nodig gedragen worden. Door om te zien naar deze broeders en zusters verzorg ik het lichaam van Christus. Waarbij alle zorg gepaard zal moeten gaan met gebed tot de Heere Jezus Christus, het Hoofd van de gemeente.

 

Het lichaam van Christus heeft ook andere leden. Minder gekwetst dan de vervolgde broeders en zusters, maar ook aan deze leden zal zorg behoren gegeven te worden. Ik denk hier aan de zieke gemeenteleden. Lichamelijk of psychisch ziek. Tijdelijk, chronisch of ongeneeslijk ziek. Door er voor hen te zijn kan ik het lichaam van Christus verzorgen.

Naast de zieken zijn er gemeenteleden die rouw dragen. Lang of kortgeleden hebben zij een geliefde verloren. Een man of vrouw. Een zoon of dochter. Een vader of moeder. Of wie ook maar afgestaan moest worden aan de dood. Hun verdriet is groot. Eens zullen hun tranen van hun ogen afgewist worden, maar ik mag er voor hen zijn en zo bij hen staan in hun nood en op deze manier het lichaam van Christus verzorgen.

Als ik denk aan de leden van het lichaam van Christus dan denk ik ook aan die gemeenteleden die allerlei andere moeite en ellende kennen. Zorgen en problemen in het huwelijk, bij de opvoeding van kinderen, op het werk of op school of in de familie. Wat zijn er veel mensen die zich zorgen maken voor de dag van morgen. Mensen die de woorden uit de Bergrede maar moeilijk of misschien wel niet eigen kunnen maken. Als ik er op de een of andere manier voor hen kan zijn, dan verzorg ik het lichaam van Christus.

Zo verzorg ik ook het lichaam van Christus wanneer ik de eenzame gemeenteleden bezoek. Wanneer ik oog heb voor de arme broeders en zusters die door welke oorzaak een uitkering hebben of in de bijstand zitten. Natuurlijk besteed ik zorg aan het lichaam van Christus wanneer ik betrokken ben bij de oudere gemeenteleden en vanzelfsprekend ook bij de jongeren en bij de kinderen van de gemeente.

 

Dit omzien en verzorgen van het lichaam van Christus kan heel praktisch zijn. Iets doen. Er zijn. Dit is de praktische kant van een geestelijke zaak. Er is ook eewp_20160908_13_31_16_pron andere kant. Ik verzorg het lichaam van Christus wanneer ik onderwijs geef vanuit de Bijbel. Door huisbezoek, kringwerk, zondagsschool, preek, clubwerk en dergelijke mag het lichaam van Christus geestelijk gevoed worden. Hierdoor kan een lid van het lichaam groeien in geloof en geloofskennis. Hierdoor kan iemand in moeilijke en zware tijden gesterkt worden en behouden blijven voor het lichaam van Christus.Het is noodzakelijk dat het geestelijke gesprek voluit gevoerd wordt.

Bovenal is het van belang dat er gebeden wordt voor de gemeente. Immers door het gebed is er de verbondenheid met de Heere Jezus Christus, het Hoofd van de gemeente. Als die verbondenheid er niet is, dan heeft de gemeente haar bestaansrecht verloren en is het lichaam van Christus aan het ontbinden.

 

Duidelijk is dat wie het gebed en al het bovenstaande nalaat en niet omziet naar de leden van de gemeente, het lichaam van Christus niet verzorgt. Die handelt niet als Jozef van Arimathea en Nicodemus. Dit zij verre van ons, want we willen toch niet dat het lichaam van Christus onverzorgd blijft? Een onverzorgd lichaam is een verwaarloosd lichaam. Wanneer het lichaam van Christus niet verzorgd wordt, dan blijven de gekwetste delen pijn doen. Een pijn die alleen maar meer wordt, omdat het met het lichaam achteruit gaat. Mag ik zeggen dat wie het lichaam van Christus niet verzorgd staat aan de kant van hen die het lichaam gegeseld en gekruisigd hebben? Trouwens, wie als lid van de gemeente van Christus de zorg voor het lichaam niet ter hand neemt, zal ook zelf lijden. Want als een lid lijdt, lijden alle leden mee. Zo behoor ik om te zien naar broeders en zusters omdat wij samen het lichaam van Christus vormen.

 

In het spoor van Jozef van Arimathea samen het lichaam van Christus verzorgen

Zelf wil ik dit graag ter hand nemen. Wanneer ik naar het kruis kijk en zie hoeveel de Heere Jezus geleden heeft, dan kan ik het lichaam van Christus niet nogmaals laten lijden. Dan wil ik het leed doen verdwijnen of tenminste verzachten. Want ik wil mijn eigen vlees niet haten, maar het voeden en koesteren, zoals ook de Heere de gemeente. Ik wil handelen zoals Jozef van Arimathea gehandeld heeft.

Ik besef goed dat ik dit niet alleen kan. Daarom maak ik u deelgenoot van mijn gedachten. Ik hoop dat u de gemeente gaat zien als het lichaam van Christus en u uit dankbaarheid het lichaam van Christus wilt voeden en koesteren. Wilt u zijn als een Jozef van Arimathea? Hierbij moeten we niet vergeten dat ook wijzelf leden zijn van Zijn lichaam, van Zijn vlees en van Zijn gebeente. Laten wij samen zorg dragen voor het lichaam van Christus dichtbij en veraf, terwijl we voortdurend verbonden zijn met Christus, het Hoofd, die gezeten is aan Gods rechterhand en eens zal wederkomen om verenigd te zijn met Zijn lichaam.

Kent u deze uitdrukking? ‘Het is mijn kerk niet meer.’ Deze uitdrukking wordt gebruikt door mensen die menen op goede gronden de kerk te verlaten waar ze jaren, en misschien wel heel hun leven, bij hebben gehoord. ‘Het is mijn kerk niet meer.’ Vraagt u naar het waarom, dan betreft het veelal wijzigingen in de eredienst. Men is anders gaan zingen. Meer gezangen of opwekkingsliederen dan psalmen. Of de psalmen worden tegenwoordig ritmisch gezongen. Het kan zijn omdat de kerk anders ingericht is, de ambten anders ingevuld zijn of het Avondmaal niet langer aan tafels gevierd wordt. Allerlei redenen kunnen er aan ten grondslag liggen dat mensen zeggen: “Het is mijn kerk niet meer.” Maar wat zeg je eigenlijk?

De laatste tijd bekijk ik de kerkelijke gemeente meer en meer vanuit het perspectief van het lichaam van Christus. Zo wordt de gemeente in de Bijbel genoemd. Het hoofd van de gemeente is Christus en Hij troont aan de rechterhand van Zijn hemelse Vader. Zijn volgelingen zijn de leden van het lichaam van Christus op aarde. Wat roept het op wanneer ik in de opmerking ‘Het is mijn kerk niet meer’, het woord kerk wijzig in lichaam van Christus. Dan zeggen we: “Het is mijn lichaam van Christus niet meer”. Hoort u hoe bizar dit klinkt. Alsof een lid van het lichaam van Christus kan zeggen dat het zijn lichaam niet meer is.

Als eerste kan een lid niet in bezittelijke zin over het lichaam spreken. Een lid bezit niet het hele lichaam. Daarnaast vormt een lid samen met andere leden het lichaam. Het lid is slechts een onderdeel van het lichaam. Wie zegt: “Het is mijn lichaam van Christus niet meer”, die spreekt dus feitelijk over de wens om geamputeerd te worden. Maar als een lid los is van het lichaam van Christus, dan houdt het op te bestaan. Het verrot en vergaat. Alle reden dus om heel voorzichtig te zijn met de opmerking ‘Het is mijn kerk niet meer’.

Wanneer we het voorbeeld verder doortrekken naar het lichaam, dan zien we nog duidelijker hoe bizar het is. Want als in een long een tumor gevonden wordt, kan de lever dan zeggen: “Dit is mijn lichaam niet meer”? Vanzelfsprekend niet. Ieder lid van het lichaam hoort erbij en kan zich onmogelijk losmaken van het lichaam om een zelfstandig bestaan op te bouwen.

‘Dit is mijn lichaam niet meer’ wordt wel eens gezegd door een vrouw die een borstamputatie heeft ondergaan. Zij ervaart de pijn van het missen van een lid van haar lichaam. Zal het de Heere Jezus niet net zo vergaan, wanneer een lid van het lichaam van Christus zegt: “Dit is mijn lichaam niet meer”? Maar wanneer Hij naar de kerk kijkt, ziet Hij waarschijnlijk al lang een verminkt lichaam. Allerlei leden die zich losgemaakt hebben met de opmerking: ‘Dit is mijn kerk niet meer’.

Wanneer we het idee hebben dat de kerk waarbij we horen niet meer aansluit bij de manier van kerk zijn die we zelf voor ogen hebben, dan moeten eerst andere vragen beantwoorden voordat we de wens uitspreken om geamputeerd te worden. Het allerbelangrijkste is de vraag of Jezus Christus in de gemeente gediend wordt. Wanneer die vraag positief beantwoord kan worden, zal afgevraagd moeten worden of de veranderingen zo wezenlijk zijn dat amputatie vereist is of betreft het een bijzaak. Wanneer het wezenlijk is, dan is er misschien wel het oordeel dat de plaatselijke kerk ziek is. Maar bij een zieke moet je niet een gezond lichaamsdeel amputeren. Allereerst proberen te genezen en wanneer dat niet mogelijk is het zieke gedeelte wegsnijden en uit het midden wegdoen.

Maar laten we niet te resoluut te werk gaan en al te oordelend en zeker niet slechts gericht zijn op de splinter in het oog van die ander. Wanneer we het idee hebben, dat het mijn kerk niet meer is, dan zal eerst naar onszelf gekeken moeten worden. Het belangrijkste is de vraag of wijzelf verbonden zijn met Christus, het Hoofd. Daar ligt onze prioriteit. Zeker wanneer we spreken over het lichaam van Christus is er de vraag of wij zelf wel een levend lid zijn van het lichaam van Christus.

Wanneer de plaatselijke kerk daadwerkelijk niet meer als gemeente van Christus aangemerkt kan worden, dan zullen we ons als tweede de vraag moeten stellen of wij in de tijd die achter ons ligt de plaatselijke gemeente, als deel van het lichaam van Christus, verzorgd hebben. Want wanneer wij het lichaam van Christus onverzorgd hebben gelaten door het gemeentewerk niet op ons te nemen, dan moeten we het ook onszelf aanreken wanneer de plaatselijke gemeente van Christus is losgeraakt. Dan is er alle reden om met gebed en door de kracht van de Heilige Geest naar vermogen de plaatselijke kerk te dienen, opdat zij opnieuw geënt mag worden op de Wijnstok.

Eerlijk moet ik bekennen dat ik niet zo bekend ben met de hiphopscene. Zelfs niet met de christelijke hiphop. Toen ik vandaag via een tweet van Harco Ploegman een tweet van @Lecrae zag, zei mij dit niets. Wel werd ik getriggerd door zijn tweet. Hij schreef: ‘I know you are  deejaying on the other side. See you soon’. Ik vroeg me af wat hij hiermee bedoelde. Welke andere kant bedoelde hij en tegen wie zei hij dit. Ik zocht de tweet op en vond het volgende.dj official

Een verwijzing naar God. Het maakte mij nog nieuwsgieriger. Wie was DJ Official en wat bedoelde hij met de woorden die Lecrae geciteerd heeft. Een zoektocht op Internet leerde mij enige kennis over de christelijke hiphop. Niet direct mijn stijl. Maar deze dj, die nog geen 40 jaar oud is geworden en een vrouw en 2 dochters achterlaat, was een broeder in christus. Duidelijk komt dit naar voren in zijn teksten. Bijvoorbeeld in Enter the Mission en in Missio Dei. Mooi hoe hij zegt dat zijn doel is in Christus (but my aim is Christ) en dat we Christus moeten laten zien door woorden en daden (We gotta show Him off, both lips and deeds). Lecrae verwoordt via een tweet hoe DJ Official is het geloof stond. “We talked everyday for the last 4 years. The squad won’t be the same. I know you’re glad to be with Jesus“.

Met deze woorden  heeft Nelson “DJ Official” Chu velen in de hiphopscene verwezen naar Christus en ik hoop dat velen hierdoor tot geloof in Christus zijn gekomen. Zoals gezegd is hiphop niet direct mijn stijl, maar wie ben ik om te oordelen. Het oordeel is aan Jezus Christus. Waarbij een ieder die zich tot Jezus wendt en in Hem gelooft niet geoordeeld zal worden maar door Hem gered is. Ik moet hierbij denken aan een tekst die voor C.H. Spurgeon belangrijk is geweest en wel Jesaja 45:22 – Wend u tot Mij, word behouden, alle einden der aarde, want Ik ben God en niemand anders. Daarom wil ik in de stijl van Lacrae zeggen: See you on the other side.

Preek gehouden aan de voet van de Galibier op 22 augustus 2015 ter gelegenheid van Fietsen voor een huis. Schriftlezing was Lukas 9 vers 28-36

Gemeente van onze Heere Jezus Christus

In het Bijbelgedeelte dat we gelezen hebben met elkaar, hoorden we dat de Heere Jezus een hoge berg op ging. In de vier Evangeliën, de Bijbelboeken waarin het aardse leven van de Heere Jezus is opgeschreven, komen we regelmatig tegen, dat de Heere Jezus de berg op gaat. Het is iets dat ook wij gedaan hebben. Gisteren zijn we fietsend of lopend een hoge berg op gegaan. We hebben de Galibier beklommen.

Wij hebben dit gedaan met een duidelijk doel voor ogen. Want het beklimmen van de Galibier door ons is verbonden met het bouwen van huizen in Bangladesh. We hebben afgezien en er is een beroep gedaan op ons doorzettingsvermogen, zodat het door ons ingezamelde geld tot verbetering van de situatie mag leiden in Bangladesh. Daarom knepen we niet in de remmen, maar bleven we doorfietsen. Daarom gingen we niet op een muurtje zitten, maar hebben we doorgelopen. Het dak van de Col du Galibier bereiken, zodat mensen in Bangladesh een dak boven hun hoofd krijgen.

Al de keren dat de Heere Jezus een berg beklom, had hij ook een doel voor ogen. In de meeste gevallen zocht Hij de stilte op. De stilte van een berg om in alle rust te spreken met Zijn hemelse Vader. Deze momenten, die de Heere Jezus opzocht, zouden we kunnen zien als een soort ravitaillering. Deze gebedstijden waren rust en verzorgingspunten voor de verdere weg die Hij moest afleggen.

Een schitterend voorbeeld van een ravitailleringspunt is de geschiedenis die bekend staat als de verheerlijking op de berg. Het is een geschiedenis waarin de Heere Jezus de berg opklom om te bidden. Vele keren deed de Heere Jezus dit alleen, maar deze keer neemt hij drie van Zijn discipelen mee. Dezelfde drie die er later ook bij zijn in de hof van Gethsémané. Petrus, Johannes en Jakobus.

Later in de hof van Gethsémané zijn deze drie discipelen erbij om Jezus te ondersteunen. Nu zal Jezus ook ondersteund worden, maar niet door Zijn discipelen. Zij zijn er eerder bij om zelf te worden ondersteund. Of beter. Ze worden voorbereid op dat wat komen gaat. Het is voor hen een soort fietsclinic. Wie nooit een serieuze berg beklommen of afgedaald heeft, weet niet wat dit is en dan is het goed om voorbereid te zijn op dat wat komen gaat. Wie niet weet wie Jezus is en waarvoor Hij op aarde gekomen is, zal niet gelijk Hem volgen en gehoorzamen.

Dat het een soort clinic is voor de drie discipelen hebben ze eerst niet doorgehad. Met de Heere Jezus beklimmen ze de berg en Jezus gaat bidden. Misschien zij eerst ook wel. Op een afstandje van Jezus. Maar precies zoals later in de hof van Gethsémané worden ze bevangen door slaap en vallen hun ogen dicht.

Maar dan verandert er wat en niet een klein beetje ook. De aanblik van het gezicht van Jezus verandert. Het is iets dat we bij een sporter ook kennen. Iemand kan de indruk geven heel ontspannen de Galibier op te rennen, maar dan ineens begint het gezicht steeds meer grimassen te trekken. De aanblik verandert. De vermoeidheid wordt zichtbaar. Al was het bij Jezus niet de vermoeidheid, waardoor de aanblik van Zijn gezicht veranderde.

Hoe Zijn gezicht veranderde, zegt Lukas niet. Letterlijk zegt hij niet meer, dan dat het anders werd. Maar wat Lukas verder over deze gebeurtenis laat horen, geeft ons wel een indruk. Zo wordt Zijn kleding blinkend wit. Helder als een lichtflits. Niet door een licht dat vanaf de buitenkant kwam. Het is van binnenuit.

De Heere Jezus staat er niet als een mens van vlees en bloed die de gele trui aangetrokken krijgt. Zijn uitstraling is hemels. Wat Petrus, Johannes en Jakobus te zien krijgen, nadat ze wakker geworden zijn, en wij te horen krijgen door het verslag van Lukas, is de goddelijke kant van de Heere Jezus. Het toont ons, dat Hij de hemelse Zoon van God is.jesus-king_of_the_mountain

Op de berg wordt de heerlijkheid van de Heere Jezus zichtbaar. Hier mogen we ontdekken dat Jezus niet slechts de King of the Mountain is, maar dat Hij Koning is van het heelal. Dat aan Hem al de macht is in de hemel en op aarde. We zien Jezus in volle glorie en niemand is groter of machtiger of sterker dan Hij.

Wanneer de drie discipelen naar Jezus kijken, dan merken ze op, dat Hij niet alleen is. Twee mannen spreken met Hem; het waren Mozes en Elia. Zij zijn Oudtestamentische personen. Ze verschijnen aan de Heere Jezus en omdat Lukas beschrijft, dat ze in heerlijkheid verschenen, kan het niet anders dan dat zij uit de hemel zijn.

In het Oude Testament zijn beide grote figuren. Mozes was degene die het volk Israël uit het slavenhuis van Egypte mocht leiden en op de berg Sinaï van God de Tien Geboden kreeg. Mozes vertegenwoordigt dan ook de wet. Elia was één van de grootste profeten. Een profeet waarvan door de profeet Maleachi gezegd werd, dat hij terug zou komen voordat de dag van de Heere komt.

Zoals Mozes de wet vertegenwoordigt, vertegenwoordigt Elia de profeten. Bij de wet moeten we denken aan de eerste vijf Bijbelboeken. Het tweede gedeelte van het Oude Testament wordt profeten genoemd. In beide gedeelte komen we teksten tegen de gaan over de door God gezonden Messias en over de weg die Hij zal afleggen.

Het is ook dit onderwerp, dat zij met elkaar bespreken. Jezus die uit de hemel gekomen is om de Wet en de Profeten te vervullen, hoort hier wat er in de Schriften staat over Zijn lijden en sterven. Over Zijn heengaan, dat Hij zou volbrengen in Jeruzalem.

Want de Heere Jezus had een nog groter doel voor ogen. Niet alleen het beklimmen van een berg. Zijn doel is de opgang naar Jeruzalem. Daar zal Hij de heuvel Golgotha beklimmen. Hij zal daarbij een houten kruis dragen. Het kruis waaraan Hij zal worden vastgespijkerd. Aan dat kruis zal Hij de zonden van de wereld dragen. Zo zal Hij verzoening bewerken tussen de heilige God en zondige mensen.

Dit is iets dat u mogelijk weet en misschien ook wel gelooft. Petrus, Johannes en Jakobus hadden er niet het kleinste benul van. Wel herkennen ze op de één of andere manier Mozes en Elia. Wanneer die van de Heere Jezus scheiden om terug te keren naar de hemel, stelt Petrus voor om drie tenten te maken. Blijkbaar wil hij niet dat dit moment van hemelse heerlijkheid verdwijnt. Het is blijkbaar zo intens goed, dat Hij het wil vasthouden.

Dit is iets dat ons niet vreemd is. Goede momenten wil je koesteren en proberen zolang mogelijk vast te houden. Weet u nog hoe u zich voelde bovenop de Galibier. Het was afzien en steeds maar weer doorgaan. Misschien wel de pijn verbijten en de vermoeidheid op zij schuiven. Maar eenmaal boven is voor even alles vergeten. Een heerlijk moment. Een fantastisch gevoel, Dat wil je vasthouden en niet kwijtraken. Je zou in dit heerlijke gevoel wel blijven willen wonen. Niet de berg afdalen, maar een tent opzetten. Want stel je voor dat het niet lukt om het heerlijke gevoel vast te houden en mee naar huis te nemen.

Petrus wil dit dus ook. Hij wil het vasthouden en dit geweldige moment niet kwijtraken. Daarom stelt hij voor om op de berg drie tenten te maken. Voor Jezus één, voor Mozes één en voor Elia één. Dit alles met als doel, dat hij nog langer kan verblijven in deze hemelse heerlijkheid. Een situatie die dus ontstaan is door de gedaante verandering van Jezus en de verschijning van Mozes en Elia.

Lukas zegt, dat Petrus niet wist wat hij zei. Dat is inderdaad zo. Wat Petrus meemaakte was zo overweldigend en toonde zo overduidelijk wie Jezus was, dat zijn verstand er niet bij kon. De gebeurtenis was te groot om te begrijpen. Daarbij had Petrus niet door dat hij pas eeuwig van deze hemelse heerlijkheid zou kunnen genieten, wanneer de Heere Jezus eerst de weg van de vernedering zou gaan.

Daarom was het voor de Heere Jezus ook geen topervaring, maar zoals gezegd eerder een ravitailleringspunt. Jezus was namelijk bezig met een afdaling. Vanuit de hemel is Hij, die gelijk aan God was, afgedaald naar de aarde en is Hij mens geworden. Hij zal zich nog meer vernederen door de gestalte van een slaaf aan te nemen. Hij zal afdalen tot in de dood. Feitelijk is dit dieptepunt het hoogtepunt van Zijn aardse leven. Hij legde Zijn leven af, opdat wie in Hem gelooft tot grote hoogte zal kunnen stijgen. Tot in de hemel.

Je zou kunnen zeggen dat Jezus zich heeft ingezet om er voor te zorgen dat wij en alleen die in Hem geloven een dak boven het hoofd krijgen. Of beter gezegd, dat wij onderdak krijgen bij de Zijn hemelse Vader die in Jezus Christus ook onze Vader wil zijn. Een plaats in het vaderhuis.

En daar wordt je stil van. Want wat heeft Jezus er niet voor over gehad om dit te bereiken. Hij heeft meer dan afgezien en is doorgegaan waar de weg onbegaanbaar leek. Maar Jezus ging de weg naar Jeruzalem. De lijdensweg. Hij droeg aan het kruis de straf voor onze zonden. Hij heeft het volbracht.

Dat Jezus het volbracht heeft, mag ons een euforisch gevoel geven. Nog een veel beter gevoel dan het beklimmen van de Galibier. Mogelijk zal de dag van gisteren heel ons leven in ons geheugen gegrift staan. Maar ik hoop en bid dat de weg die Jezus aflegde voor eeuwig in je hart geschreven mag staan. Dankbaar voor wat Jezus voor jou deed.

Misschien mag ik het vergelijken met de Bengalen, die door ‘Fietsen voor een huis’ de mogelijkheid hebben om een betaalbare huizenlening aan te gaan. Hierdoor kunnen ze het grootste deel van de bouw financieren. Wie er geweest is, zal dankbaarheid ervaren hebben. Want hierdoor krijgen de armen in Bangladesh de mogelijkheid een dak boven het hoofd hebben. Iets dat niet alleen de leefomstandigheden verbetert, maar ook de gezondheid, economische ontwikkeling en veiligheid. Daarbij geeft het een gevoel van eigen waarde.

Zo is het in geestelijke zin ook voor u en voor jou. Het heilswerk van Jezus geeft de mogelijkheid om eeuwig onderdak te vinden in Gods Koninkrijk. Dit is veel meer dan alleen een dak boven het hoofd. Want leven met Jezus verbetert de geestelijke gezondheid enorm. Het maakt dat het ons aan niets ontbreekt voor wat nodig is op onze weg naar het Koninkrijk van God. Daarbij mogen we weten, dat de Heere ons iedere dag van ons leven zal beschermen en bewaren en dat wij in Zijn ogen waardevol zijn.

Het heeft de Heere Jezus alles gekost om dit te bewerken. Wij krijgen dit eeuwige heil gratis. Uit genade. Wel vraagt Hij van ons om voortaan met Hem en naar Zijn wil te leven. Dit is ook van Petrus, Johannes en Jakobus op de berg te horen krijgen. Een wolk overschaduwde hen en ook Jezus en Mozes en Elia. En dan klinkt er een stem. De stem van God de Vader. De stem die zegt: Dit is mijn geliefde Zoon, luister naar Hem!

Willen wij aan deze stem gehoor geven? Hieraan gehoorzamen zal door Jezus Christus er voor zorgen, dat wij de berg des Heeren mogen beklimmen en voor eeuwig en altijd bij de Heere mogen zijn. Maar alleen achter de Heere Jezus aan. Zonder Hem is het onmogelijk om Gods Koninkrijk binnen te gaan en eeuwig leven. Zie op Jezus alleen en luister naar Zijn stem.

Amen

ds. Jan Holtslag