In tegenstelling tot veel andere mensen heeft Jebroer het wel begrepen. De meeste Nederlanders leven hun leven en doen dit met ups en downs. Soms zit het mee en soms zit het tegen. Maar hoe het er ook voorstaat, we gaan door. Hopend op betere tijden. Tenminste, wanneer op hoge ouderdom het idee ontstaat dat het leven voltooid is, dan moet er de mogelijkheid zijn om het leven te beëindigen. Maar tot die tijd gaan we door. Knokken we zelfs om in leven te blijven, wanneer kanker ons lichaam kapot dreigt te maken.

Deze manier van in het leven staan is feitelijke bijzonder. De meeste mensen in Nederland geloven dat dood dood is. Wanneer dood dood is, dan doet niet ter zake hoe oud je bent geworden, of je wat bereikt hebt, of je beweend zult worden en herinnerd. Wat maakt het allemaal uit wanneer het met de dood toch is afgelopen. Wat maakt het voor een dode uit of er veel of weinig mensen op de uitvaart zijn. Daar weet en merkt een dode toch niets van als hij dood is.

Dan heeft Jebroer het goed begrepen. Feesten, alsof elke dag hier mijn laatste is. Feesten. Alles uit het leven halen wat er in zit. Lol. Plezier. Drank. Drugs. Hou je niet in. Zorg ervoor dat je op je laatste levensdag niet een mogelijkheid tot feesten hebt laten liggen. Sterf je jong, wat maakt het uit. Dood is dood. Daar weet je dan toch niets van.
Het levensmotto sluit aan bij Cicero. Deze filosoof heeft eens geschreven: “Heb geen angst voor de dood, want zolang wij er zijn is de dood er niet en als de dood er is zijn wij er niet meer”.
Het is trouwens ook te herkennen bij streng reformatorische jongeren. Zij die steeds bepaald worden bij de uitverkiezing kunnen komen tot een volgende reactie: Haal alles uit het leven wat er in zit. Ben je uitverkoren, dan grijpt God je wel in het nekvel en zo niet dan heb je in ieder geval nog genoten.

Jebroer heeft het begrepen. Zijn dood hoeft ook niet beweend te worden. Dat zou jammer zijn. Bouw een feest en leef alsof het je laatste dag is. Geen bloemen en geen toespraken. Drank en drugs. Neem het er van.

Maar als dood dood is, dan is dit aardse leven het enige. Dan is er niets tussen hemel en aarde. Maar waarom daar dan toch verwijzingen naar? Waarom jezelf een kind van de duivel noemen. Waarom jezelf  een naam geven die een verbinding legt met Jezus? Heeft Jebroer het goed begrepen en weet hij dat er meer is tussen hemel en aarde? Weet hij ten diepste dat dood niet dood is? Het lijkt er op.

Naast de gelijkenis met de naam van Jezus zijn er andere overeenkomsten te noemen. Al moet ik sommige tegenovergestelde overeenkomsten noemen.
Zo noemt hij zich kind van de duivel, terwijl Jezus de Zoon van God is. Hij schrijft dat zijn moeder niet over hem moet huilen. Jezus heeft op weg naar zijn kruising voor de zonde van de wereld gezegd: Dochters van Jeruzalem, huil niet over Mij, maar huil over uzelf en over uw kinderen. Ook over Jezus hoeft niet gehuild te worden, maar wat een verschil. Op de kist van Jebroer mag drank en drugs gegooid worden. Het dient nergens meer toe. Wat een verschil met het gestorven lichaam van Jezus. Dat heeft geen ontbinding gezien. Op de derde dag na zijn sterven aan het kruis stond hij op uit de dood.

Heeft Jebroer het begrepen. Misschien wel, maar hij heeft het niet aangenomen. Het lijkt alsof de eeuwige dood hem meer trekt dan het eeuwige leven. De lol in dit tijdelijke aardse leven trekt hem meer, dan de eeuwige vreugde in Gods Koninkrijk op de nieuwe aarde. Maar dit is nog niet het meest verdrietige. Het pijnlijkste is dat hij zoveel jongeren meeneemt in zijn idee, dat alles draait om feesten en drank en drugs. Vele anderen neemt hij mee in zijn ondergang. Jou ook of mag Jezus jou redden voor de eeuwigheid? Hij zoekt jou op en wil niet dat jij verloren gaat. Beter vouw jij je handen en vraag je in gebed aan Jezus of Hij jou wil helpen en redden.

 

Jebroeder heeft een parodie gemaakt op het lied getiteld: Volgeling van Jezus.

 

Voor het pastoraat zijn WhatsApp en Instagram zeer geschikt

Sociale media helpen je als pastor om in contact te komen met jongeren. En ook met elkaar doorpraten gaat heel goed via WhatsApp.

Als zuurdesem hebben de sociale media een weg gevonden in de maatschappij. Nagenoeg alles is ervan doordrongen. Een wereld zonder WhatsApp, Instagram, Snapchat, Facebook en Twitter is niet meer voor te stellen.

Wanneer ik wereld zeg, bedoel ik dit ook. Over heel het rond van de aarde wordt gebruikgemaakt van sociale media.

Wat ook over heel de wereld is aan te treffen, is de kerk. De vraag is wat de wereldwijde kerk met de sociale media doet. In veel gevallen is dat niets en dat is een gemiste kans.

Onder andere voor het pastoraat zijn de sociale media een probaat middel. Dit lijkt tegenstrijdig. Pastoraat kennen we als een face-to-facegesprek en de sociale media zijn het tegenovergestelde hiervan. Maar wanneer we dit denken, dan vergissen we ons.

Neem Facebook. Vooral dertigplussers komen we op dit medium tegen. Ze delen met foto’s allerlei zaken uit hun leven. Dat is ook kenmerkend voor een huisbezoek.

Op Facebook kan op het geplaatste bericht gereageerd worden, ook via een persoonlijk bericht, dat niet door anderen gelezen kan worden. Zo kan zich een gesprek ontspinnen, maar ook een afspraak gemaakt worden.

Het bericht kan ook dienen als bron van informatie voorafgaande aan een huisbezoek.

Als het om jongvolwassenen gaat, is WhatsApp een goed middel. Op Facebook zitten ze niet en e-mail lezen ze bijna niet, maar via WhatsApp is het eenvoudig om met hen te communiceren. Even iets doorspreken. Even vragen hoe het gaat. Een afspraak maken. Ideaal om pastoraat vorm te geven. Maar ook om hele gesprekken te voeren. Dit betekent niet dat een lijfelijke ontmoeting niet meer plaatsvindt. WhatsApp komt niet in plaats daarvan. Precies zoals gedrukte preken niet in plaats komen van de kerkdienst.

Instagram

Instagram lijkt voor het pastoraat op het eerste gezicht minder geschikt. Evenals Facebook heeft het – naast liken – ook de functie om te reageren, maar dit kan niet, zoals bij Messenger van Facebook, via een persoonlijk bericht. Maar het volgen van vooral jongeren op Instagram geeft wel de mogelijkheid betrokken te zijn bij hun leven. Die informatie kan bijdragen aan de invulling van de catechese en de prediking. Maar ook van het pastoraat, door tijdens een ontmoeting aan te haken bij een foto of filmpje dat gepost is.

De sociale media zijn zo een uitstekend middel om te gebruiken in het pastorale werk in de gemeente. Maar pas tegelijk op voor de zuurdesem van de sociale media, wanneer dit het instrumentele overstijgt.

De sociale media zijn niet het verlossende middel, maar ze kunnen zeker bijdragen. Een gesprek kan de diepte in gaan en hoeft niet aan de oppervlakte te blijven.

Maar wanneer een ontmoeting mogelijk is, dan zal de vraag om een afspraak te maken en door te praten, als eerste geappt moeten worden.

Opiniestuk is geplaatst in het Nederlands Dagblad op 8 april

Interview hierover op Groot Nieuws Radio op 10 april

Vanmorgen is heel het hotel om 07:15 uur gewekt door het brandalarm. Verrassend om te merken dat er niet gereageerd wordt zoals zou moeten. Vragend staan op de gang. Rustig aankleden. Niet snel het hotel uitrennen. Het zet tot nadenken.
Na het ontbijt was het koffer pakken en op reis naar Nordhausen en Giessenburg.

 

 

In Nordhausen zijn we begonnen op de Lutherplatz. Luther is hier in 1516 geweest als districtvicaris en in 1525 om te spreken met Thomas Müntzer en andere opstandelingen van de Boerenoorlog.

 

 

 

 

 

Naast andere zaken is de Blassii-kirche bekeken. Luther heeft hier gepreekt en er hangt een schitterend schilderij waar Luther op staat.

 

 

Aansluitend rijden we naar Babberich. Om 18:00 begonnen wij met het diner in ‘t Centrum Reijmer.

‘s Avonds reden we iets voor negen weer Giessenburg binnen. Het einde van een mooie reis

 

 

 

 

 

Vandaag stond de stad Erfurt op het programma. Bekend van de Dom. Maarten Luther kwam hier te studeren in 1501. Na een vooropleiding begon hij in mei 1505 aan de studierechten. Kortstondig, want een heftig onweer bij Stotternheim op 2 juli 1505 zorgde ervoor dat zijn besluit definitief was. Hij zou monnik worden. Hij trad twee weken later in in het Augustijner klooster in Erfurt. In 1507 werd hij tot priester gewijd. Hij verbleef in het klooster tot 1511. Toen kreeg hij een aanstelling om aan de universiteit van Wittenberg te doceren.

Wij begonnen de dag met een rondleiding door de stad aan de hand van een gids. Een grote bijzonderheid in Erfurt is de Krämerbrucke. Een brug over de rivier de Gera die bebouwd en bewoond is. Maar ook verder kent Erfurt vele mooie panden uit een ver verleden. Al is niet alles bewaard. Door bombardementen in 1944 zijn de oude universtiteit, waar Luther studeerde en de Barfusserkirche, waar Luther predikte, verdwenen.

 

Na de rondleiding was een ieder vrij om te lunchen en rond te wandelen. Maar om 13:30 uur verzamelen bij het Rathaus. Vandaar wandelden we naar het Augustinerklooster, waar we een rondleiding kregen in het gebouw waar Luther als monnik vertoefde en streed met de vraag hoe vind ik een genadig God. Telkens was zijn ervaring dat hij niet  rechtvaardig voor God kon worden. De rondleiding gaf zo een goed beeld van het kloosterleven en van Luthers’ worsteling.

 

Na de rondleiding was iedereen vrij tot 16:00 uur. Het was verzamelen bij de bus voor een rit naar Stotternheim. Daar staat een steen als herinnering aan het onweer en waardoor Luther het klooster inging. Na een fotoreportage in een veld met koolzaad. Was het tijd om naar het hotel te gaan. Om 18:30 uur diner.

 

Na de avondsluiting over Psalm 146 en het christelijke leven hebben we gezongen en de dag van morgen doorgesproken.

 

Tot slot van de dag een bezoek aan het centrum van Bad Langensalza voor een ijsje.

Terwijl de deelnemers om 07:00 uur verwacht werden bij de Rank, waren de meesten er al voor zevenen. In de Rank zijn we begonnen met het gedicht Op reis van Nel Hoogendorp en hebben we in gebed een zegen gevraagd over de reis en voor de thuisblijvers.

De reis bracht ons via Mansfeld naar Halle. Maar allereerst waren er twee tussenstops. De eerste vlak bij de Duitse grens in Babberich met koffie en cake. De tweede bij een wegrestaurant tussen Dortmund en Kassel. Hier werd de lunch gebruikt.

 

Om iets voor half vier arriveerden we in Mansfeld. Hier woonde de jonge Luther van 1484-1497. In 1490 ging hij hier naar de Latijnse school. Deze school staat vlak bij de kerk. Hier hangt normaliter een schilderij uit 1540 waarop hij helemaal afgebeeld staat. Dit is de enige schilderij waar hij zo op staat. Andere schilderijen zijn borstbeelden. Alleen de kerk wordt gerestaureerd en het schilderij hing er helaas niet.

In Mansfeld herinnert naast de school en de kerk ook het ouderlijk huis aan het verblijf van Luther. Daarnaast is er een fontein waarop hij drie keer afgebeeld is. Op de voorkant als jongen van 14 die Mansfeld verlaat om in Eisenach naar school te gaan. Op de zijkanten afbeeldingen van het aanslaan van de 95 stellingen op de deur van de Slotkerk en zijn verdediging op de Rijksdag in Worms uit 1521. De fontein is uit 1913.

Na het bezoek aan de kerk, de fontein en het huis reisden we verder naar ons hotel in Halle. Daar wachtte ons een diner, een avondsluiting en voor de meesten onder ons een kort avondbezoek aan het oude stadscentrum van Halle. Het vervoer was met de tram en dit gaf behoorlijk wat hilariteit.

Hopelijk bezorgt deze dag iedereen een goede nachtrust.