Manifest tegen ‘Kerk2025’ staat vol misinformatie

Kritiek op de toekomstplannen voor de Protestantse Kerk kan natuurlijk. Maar kom dan niet met onwaarheden en spookbeelden.

Een aantal predikanten en ouderlingen heeft een manifest ondertekend tegen de structuurwijziging van de Protestantse Kerk (ND 25 maart). Evenals de algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, Piet Vergunst, zie ik dit als een hartenkreet. In dit licht wil ik het manifest serieus nemen. Op een andere manier is het manifest niet serieus te nemen, ondanks alle namen die eronder staan. Het staat namelijk vol onwaarheden en is zeer tendentieus geschreven.

classispredikant

Dit begint al direct aan het begin, waar de zorg wordt uitgesproken dat de kerk verandert van een presbyteriale orde (van onderop) naar een episcopale (van bovenaf). Dat gebeurt juist niet. Het doel van de toekomstnota Kerk2025 is: terug naar de basis. Minder regelen van bovenaf. Kerk-zijn moet gebeuren in de plaatselijke gemeente en tussen plaatselijke gemeenten. Elkaar ontmoeten, spreken en bijstaan. Er komt geen top-downstructuur, zoals geopperd. Wat er wel komt, is een classispredikant, die gemeenten aanspoort elkaar te ontmoeten, die op huisbezoek gaat bij gemeenten en predikanten en die, wanneer dit nodig is, alvast bepaalde maatregelen kan nemen. De classispredikant zal doen wat het breed moderamen van de classis nu doet. Het kan alleen iets gerichter en sneller. Dat is een wens van veel gemeenten waar problemen zijn.

niet uit de lucht

De maatregelen die de classispredikant kan nemen, zijn lang niet zo verstrekkend als in het manifest wordt gesuggereerd. Ook kunnen de besluiten niet pas achteraf teruggedraaid worden. Het zijn voorlopige maatregelen die de classispredikant neemt. De toekomstige classis (of regionale vergadering) zal die voorlopige maatregelen definitief moeten maken. En natuurlijk komen ook de voorlopige maatregelen van de classispredikant niet uit de lucht vallen. De situatie binnen de desbetreffende gemeente zal al veel eerder besproken zijn binnen de classis en met andere kerkelijke colleges. De manier waarop in het manifest gesproken wordt over de classispredikant, is dan ook zeer onjuist en overdreven. Om niet te zeggen populistisch.

De classispredikant zal niet verbaal zijn punt doordrukken, daalt niet als een eenzaam figuur uit de hoogte neer en heeft geen eigen gebied. De classispredikant geeft leiding aan een classis en ontmoet en begeleidt, om de plaatselijke kerken ten dienste te zijn. Geen heerser dus, maar een dienaar. Tot slot stelt het manifest de huidige werkgemeenschappen, waar predikanten uit een bepaald gebied elkaar ontmoeten, gelijk aan ringen die in een gebied gevormd zouden moeten worden. De werkgemeenschappen van predikanten blijven bestaan. Daar kunnen predikanten elkaar ontmoeten en ik raad hun dit aan. De ringen zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat gemeenten elkaar ontmoeten. Dit kan tussen (afgevaardigden van) kerkenraden of de dagelijkse besturen daarvan, maar ook tussen kerkrentmeesters, diakenen of ouderlingen. Dit kunnen zeer wezenlijke ontmoetingen zijn, wanneer dit serieus opgepakt wordt. De plaatselijke gemeenten zijn hierbij aan zet.

onrust en onzekerheid

Wat blijft staan is de cri de coeur. Gebaseerd op onrust en onzekerheid en gebrek aan kennis van Kerk2025. Hier ligt een taak voor de landelijke kerk om duidelijk te informeren, dat de kerk presbyteriaal blijft en dat aan de basis inzet van de plaatselijke gemeenten wordt gevraagd, om elkaar te ontmoeten, te spreken en bij te staan.

————————————————————————————————————————————————————————

Opiniestuk heeft gestaan in het Nederlands Dagblad van 28 maart 2017. Een soortgelijk stuk stond dezelfde dag ook in het Reformatorisch Dagblad. Zie hieronder

Lees ook andere stukken over Kerk2025 op deze site. Uitleg over Kerk2025 en doelstelling Wel het hele pakket Kerk2025

————————————————————————————————————————————————————————-

Het manifest tegen ”Kerk 2025” is moeilijk serieus te nemen, vindt ds. J. Holtslag. Het staat vol onwaarheden en is zeer tendentieus geschreven.

Een groep predikanten en ouderlingen heeft vorige week een manifest verzonden naar alle classes in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). De ambtsdragers spreken daarin hun zorg uit over het reorganisatieplan ”Kerk 2025” (RD 25-3).

2017-03-23-KRK2-kapel_dienstencentrum-4-FC-V_web_webLees ook Ambtsdragers uiten zorgen over ”Kerk 2025” in manifest

Evenals de algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, P. J. Vergunst, zie ik dit manifest als een hartenkreet. In dit licht neem ik het ook serieus.

Op een andere manier is het manifest niet serieus te nemen, ondanks alle namen die eronder staan. Het manifest staat namelijk vol onwaarheden en is zeer tendentieus geschreven. Dit begint al direct in de kop, waar de zorg wordt uitgesproken dat de kerk verandert van een presbyterale orde naar een episcopale. Juist niet. Het is terug naar de basis. In de plaatselijke gemeente moet het gebeuren en tussen plaatselijke gemeenten. Elkaar ontmoeten, spreken en bijstaan.

Er komt geen top-downstructuur, zoals geopperd. Wat er wel komt, is een classispredikant die gemeenten aanspoort elkaar te ontmoeten, die op huisbezoek gaat en die, wanneer dit nodig is, alvast bepaalde maatregelen kan nemen. De classispredikant zal doen wat het breed moderamen van de classis nu doet. Het kan alleen iets gerichter en sneller. Een wens van veel gemeenten waar problemen zijn.

De maatregelen die genomen kunnen worden, zijn lang niet zo verstrekkend als in het manifest wordt gesuggereerd. Ook kunnen de besluiten niet pas achteraf teruggedraaid worden. De toekomstige classis kan de besluiten definitief maken. Maar zal de classispredikant voordat er besluiten genomen worden niet overleggen met bijvoorbeeld de visitatie? Ook zal de situatie in de betreffende gemeente al veel eerder besproken zijn binnen de classis.

Geen heerser, maar dienaar

De manier waarop er in het manifest gesproken wordt over de classispredikant is dan ook zeer onjuist en overdreven. Om niet te zeggen populistisch. De classispredikant zal niet verbaal zijn punt doordrukken, daalt niet als een eenzame figuur uit de hoogte neer en heeft geen eigen ressort.

De classispredikant geeft leiding aan een classis en ontmoet en begeleidt om de plaatselijke kerk ten dienste te zijn. Geen heerser dus, maar een dienaar.

Tot slot zijn de ringen niet gelijk aan de huidige werkgemeenschappen. De werkgemeenschappen van predikanten blijven bestaan. Daar kunnen predikanten elkaar ontmoeten en ik raad hen dit aan. De ringen zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat gemeenten elkaar ontmoeten.

Dit kan tussen (afgevaardigden van) kerkenraden of moderamina, maar ook tussen kerkrentmeesters, diakenen of ouderlingen. Dit kunnen zeer wezenlijke ontmoetingen zijn, wanneer dit serieus opgepakt wordt. De plaatselijke gemeenten zijn hierbij aan zet.

Wat blijft staan is de cri de coeur. Gebaseerd op onrust en onzekerheid en gebrek aan kennis van ”Kerk 2025”. Hier ligt een taak voor de landelijke kerk om duidelijk te informeren dat de kerk presbyteriaal blijft en dat op de basis inzet van de plaatselijke gemeente wordt gevraagd om elkaar te ontmoeten, te spreken en bij te staan.

De auteur is predikant van de hervormde gemeente Giessen-Nieuwkerk en preses van de classis Gorinchem. Hij schrijft dit artikel op persoonlijke titel.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *